De leraar is onberekenbaar en hij kan niet alles lezen.
Sommige boeken heeft hij dan goed gelezen, de leraar kan daar gerust over vragen en van de andere boeken heeft hij een beeld en kent hij de inhoud in grote lijnen door de uittreksels.
Hoe kun je deze tactiek nu doortrekken naar archiefbewerking?
Wordt vervolgd!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten