We nemen dus
tijdbeleving als basis.
Voor
tijdbeleving bestaat geen zintuig, het is er altijd, ongeacht gebeurtenissen of
gedachten.
De computer kan
steeds beter denken, maar beleeft geen tijd, hij is aan aan of uit, hij denkt
niet in een eigen tijdruimte, wel denkt hij in onze tijdruimte.
In ieder
geval hogere levende wezens nemen waar in een tijdruimte. Wij zijn als het ware
eilandjes van tijdruimte die elkaar niet kunnen “beleven” maar die elkaar wel
kunnen beïnvloeden en kunnen communiceren door taal. Ik kan niemand beleven,
alleen mezelf, ik kan hoogstens “meeleven”.
In deze
tijdruimte nemen we waar. We nemen gebeurtenissen waar. Gebeurtenissen zijn
veranderingen in objecten die we waarnemen.
Ook gedachten zijn gebeurtenissen maar ook objecten. Gedachten als object zijn elektronen. Als gebeurtenis zijn het stromende elektronen in onze hersenen.
Ook gedachten zijn gebeurtenissen maar ook objecten. Gedachten als object zijn elektronen. Als gebeurtenis zijn het stromende elektronen in onze hersenen.
Een
waarneming op zelf is ook een gebeurtenis. Een object ontvouwd zich als het
ware aan ons waarnemingsvermogen.
Picasso, huilende vrouw
De kubisten hebben dat zo ongeveer begrepen. Zij beseften dat een waarneming een proces in de tijd is. Door meerdere kanten van een object te schilderen, schilderden ze als het ware de waarneming.
Je hebt het
absolute heden, waarin een object zich bevindt, een object kent geen tijd, het
is (op zich). Dat kunnen we niet waarnemen omdat we dan ineens alle kanten en
eigenschappen van een object tegelijk zouden moeten kunnen waarnemen.
kubisten beelden, omdat ze meerdere kanten/aspecten van een object tegelijk
afbeelden, een meer “heden” af dan wij met onze zintuigen kunnen waarnemen.eigenschappen van een object tegelijk zouden moeten kunnen waarnemen.
Een object krijgt door waarneming “vorm”. Het wordt een driehoek, vierkant, bol etc.. Door het waarnemen
van een combinatie van vormen in verleden en heden krijgt het
structuur, het wordt een auto, fiets, huis
etc.. Het wordt in de taalstructuur opgenomen.
Fiets?
Toch is die waarnemingsgeschiedenis voor geen enkel tijd eiland hetzelfde.
Het verhaal
van al die waarnemingen, van die waarnemingsgeschiedenis, het individuele
karakter daarvan binnen een tijdsbelevingseiland, verbonden door een meer of
minder functionerend geheugen, noemen we de geest of persoonlijkheid.
Waarnemingsgeschiedenis bepaalt wat je ziet
Een beeld is
een object. Een beeldend kunstenaar/vormgever tracht vormen daarvan zo te
combineren dat ze “iets” met het waarnemen van structuren en de
waarnemingsgeschiedenis “doen”. We worden geroerd of ontroerd, het roert ons. Expressionisten bijvoorbeeld drukken als het ware hun eigen waarnemingsgeschiedenis uit, hun gevoelens.
Kandinsky Moskou I
Al die tijdsbelevingseilandjes
worden verbonden door taal. Zo bezien zou je kunnen zeggen dat wij tijdsbelevingseilandjes
zijn die drijven in een zee van taal, ik zou eerder zeggen die hangen in een
web van taal. Zo bezien zijn wij dus tijdsbelevingseenheden in een taalweb.
Taal en denken zijn nauw met elkaar verweven. Nog beter zou het dus zijn om van een taal/denkweb te spreken. Dieren hebben een taal/denkweb, ons taal/denkweb is echter (schijnbaar) een eigen leven gaan leiden. Zodanig dat ook dieren in ons taal/denkweb zijn opgenomen, dat echter niet helemaal van dat van dieren onderscheiden kan worden. Een hond leeft gedeeltelijk ook in ons taal/denkweb, naast het hondse taal/denkweb waarin hondse zintuigen, bijvoorbeeld reuk, een veel belangrijkere rol spelen dan in het mens taal/denkweb. Iets dat wij ons niet voor kunnen stellen en waarover wij ons volkomen ten onrechte laatdunkend uitlaten. Een wereld zou voor ons opengaan als wij even als een hond, dan wel paard, vleermuis, walvis zouden kunnen waarnemen en, daaraan verbonden, denken.
Taal en denken zijn nauw met elkaar verweven. Nog beter zou het dus zijn om van een taal/denkweb te spreken. Dieren hebben een taal/denkweb, ons taal/denkweb is echter (schijnbaar) een eigen leven gaan leiden. Zodanig dat ook dieren in ons taal/denkweb zijn opgenomen, dat echter niet helemaal van dat van dieren onderscheiden kan worden. Een hond leeft gedeeltelijk ook in ons taal/denkweb, naast het hondse taal/denkweb waarin hondse zintuigen, bijvoorbeeld reuk, een veel belangrijkere rol spelen dan in het mens taal/denkweb. Iets dat wij ons niet voor kunnen stellen en waarover wij ons volkomen ten onrechte laatdunkend uitlaten. Een wereld zou voor ons opengaan als wij even als een hond, dan wel paard, vleermuis, walvis zouden kunnen waarnemen en, daaraan verbonden, denken.
Donar (thor) met bokkenkar
Het
(schijnbaar) eigen leven van ons taal/denkweb noemen we cultuur. Godsdienst,
taal en denken zijn nauw aan elkaar verbonden, mythen zijn taalgebonden,
godsdienst is een groepsgebeuren.
Het “samenvattend
verhaal” van de gebeurtenissen binnen een tijdsbelevingseiland noemen we
persoonlijkheid/geest.
Het
samenvattend verhaal van het taal/denkweb noemen we God, goden of cultuur.
Eerst werden
natuurverschijnselen vergoddelijkt, in feite werden de natuurverschijnselen
niet vergoddelijkt, maar aan de waarneming daarvan werd goddelijke betekenis
gehecht.
Bijvoorbeeld
dieren, de zon, de maan, de sterren, moeder aarde. Ieder met een eigen
verhaal/verpersoonlijking. Via de vergoddelijkte waarneming probeerde men
invloed op de natuurverschijnselen te krijgen, magisch denken.
Later toen het taal/denkweb steeds wereld-omvattender werd, 5e eeuw voor christus werd het in grotere verhalen samengevat.
De
afzonderlijke natuurverschijnselen werden causaal verklaard, de vergoddelijking
van de waarneming van de afzonderlijke natuurverschijnselen werd toen verschoven
naar de vergoddelijking van de ultieme eerste oorzaak, de bron, het Tao, het
onnoembare.
Het monotheïsme
was geboren. De vergoddelijking van afzonderlijke natuurverschijnselen werd aan
heiligen/lagere goden verbonden. Ze werden aangeroepen voor steun bij onweer,
hagel etc. Vooral het volk, dat minder kosmopolitisch leeft en denkt is hieraan
gehecht.
De heilige Donatus tegen onweer
Toch is de “beleving”
van het taal/denkweb ook een gebeurtenis binnen het tijdsbelevingseiland dat we
zijn, een belangrijke belevenis, naast en verbonden met bijvoorbeeld onze
lichaamsbelevenis. Het verhaal van het taal/denkweb, God, goden, cultuur, is
een onderdeel van het verhaal dat onze persoonlijkheid is. Aldus is het verhaal dat onze persoonlijkheid
is innig verbonden met het verhaal van het taal/denkweb, god of cultuur. De
menselijke geest en God/cultuur maken als het ware deel uit van dezelfde “droom”.
Als er iets mis is met die droom, dan is er iets mis met ons, ongeacht of we
atheïst of religieus zijn. In een film heb ik ooit de uitspraak gehoord, “God
droomt ons en wij dromen God”.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten